|
Nederlandse Naam | Smeerwortel |
Frans: Consoude
officinale |
||
Latijnse Naam | Symphytum officinalis | |
Familie | Ruwbladigen (Boraginaceae) | |
|
Bloemkleur | paars soms ook wit |
Bloeitijd | mei, aug. | |
Hoogte | 30-120 cm | |
vaste plant | ||
Vindplaats | vochtige gras en waterkanten. De foto's zijn genomen aan het jaagpad langs het spaarne te Haarlem. |
|
Bijzonderheden: In de loop van mei verschijnt tussen het bermgras van de waterkanten de forse smeerwortel. De plant valt op door zijn brede bouw en door de grote, doffe bladeren, die afsteken tegen de smalbladige , glanzende grassen. De van onderaf vertakte holle stengels en de bladen zijn behaard. De hele plant voelt ruw aan. De bladvoet van ieder blad zet zich nog een eind langs de stengel voort. De hangende bloemen staan in zogenaamde schichten bijeen. De bloemkleur is meestal donkerpaars, maar soms ook wit ; er zijn ook planten met roseachtige bloemen. De jonge bladeren zijn als groente eetbaar.Ook werdt smeerwortel als geneeskrachtig kruid gebruikt Ontstekingsremmend uitwendig en in mond en maag darmkanaal. |
||
|